Andries Andringa

TEAM BEHIND THE TEAM: ANDRIES ANDRINGA

Door: onze redacteur

Inmiddels kennen we de spelers van het team redelijk tot goed. Maar we weten eigenlijk weinig van het vrijwilligersteam áchter het team. Neem Andries Andringa. Die altijd enthousiaste trainer met onmogelijke schaatsoefeningen en onuitputbare energie. Deze man is een overactieve encyclopedie bomvol onvergetelijke ijshockey belevenissen ver, ver, terug in de tijd. Benieuwd waar Andries echt voor omdraait op het ijs? Lees dan verder!


Hoe zou je jezelf omschrijven voor iemand die je niet kent? 
“Ik ben Andries Andringa. Geboren in Grou, Friesland en opgegroeid in een middenstandsgezin. Mijn ouders hadden een bakkerij in Grou, al van generaties. Mijn Pake had ook al de bakkerij. Mijn ouders werkten dag én nacht. Ik heb zelf ook 43 jaar in de zaak gewerkt.  Ik ben overal wel bij betrokken, dit vind ik ook erg leuk. Ik ben al 37 jaar getrouwd met Cobie.  We hebben samen twee mooie dochters een van 27 en van 31 jaar oud. Sybrecht en Thea. Die zijn ook lekker sportief. Alleen niet in ijshockey maar in korfbal en in de sportschool.” 

Dus Cobie. Dat is jouw rots?
“Jazeker, ik heb zoveel geluk met haar gehad. Want doordat zij zo welwillend is kon ik altijd veel tijd aan de sport besteden.”
 

“Ik heb Cobie ontmoet op de ijsbaan in Grou. Toen ik haar zag was ik direct verkocht.”

Cobie komt zelf ook uit een ondernemersgezin?
“Nee, maar Cobie komt wel uit Grou. Ze heeft ook geen achtergrond in de sport, maar Ik heb haar wel ontmoet op de ijsbaan in Grou. Dat was toen echt de plek om mensen te ontmoeten en rond te hangen. Toen ik haar zag was ik direct verkocht.” 

Ben je daarom ook in aanraking gekomen met ijshockey als sport?
Ik ben in aanraking gekomen met de ijshockeysport door mijn vader. Hij is erg sportief en heeft veel verstand van verschillende sporten. Er lag vroeger vaker ijs buiten dan nu . Als er ook maar ijs lag, was hij op het ijs te vinden. Hij was met Grousters vaak met een zelfgemaakte stick aan het spelen op de slootjes en op het Pikmeer. Mijn vader heeft helaas op jonge leeftijd zijn enkelbanden gescheurd. Omdat hij eigen ondernemer was kon hij zich geen verdere blessures permitteren. Daarna heeft hij zich vooral gericht op de ijshockeysport. Hij heeft zich jarenlang ingezet voor de sport en heeft daarvoor ook de nodige papieren gehaald.”
 

“Mijn vader zei; Als ik later een zoon krijg, dan zou ik het mooi vinden dat hij op ijshockey zou gaan.”

Dus je vader heeft dit altijd gestimuleerd?
“Ja, ook omdat ik als persoontje vroeger ook wel redelijk druk was. Sport en vooral ijshockey deden mij en mijn ouders goed. Mijn vader zei ook: ‘Als ik later een zoon krijg, dan zou ik het mooi vinden als hij ook op ijshockey zou gaan.’ Maar ook zonder de inzet van mijn moeder was het niet mogelijk geweest om zoveel met de sport bezig te zijn.” 

Andries bij Thialf flyers met bloemen bovenste rij, 2e van rechts (ongeveer 10 jaar oud).

Hoe kenmerkte zich dat je druk was?
“Altijd overal mee aan de gang. Met alles. Ik deed aan voetbal en atletiek. We hadden een bakkerij en daartegenover zat een garage. Daar zat een goede jeugdvriend/kameraad van mij.  Ik was daar altijd aan het sleutelen aan brommers en motoren, maar ook auto’s. Ik ben lekker handig, ik kan me altijd redden met het maken van dingen. Ik zou ook monteur worden.”
 

“Ik was gedreven. Toen al. Wilde ook altijd de beste zijn in alles.”
 

Kon je vroeger ook niet stil zitten?
“Nee, maar dat viel op zich wel mee. Ik denk dat ik wel redelijk gedisciplineerd was als jong mannetje. Maar als ik los werd gelaten ging het op het schoolplein niet altijd even goed. Toen was ik al gedreven om goed te presteren.”

Dat zit ook altijd in (top)sporters, altijd de beste willen zijn?
“Dat zijn niet altijd de mooiste karaktertrekjes, maar het helpt je wel. Dat heb je ook nodig om ergens te komen. Maar, er is ook een andere Andries. Mijn dochters hebben beide op korfbal gezeten en ik kan ook rustig vanaf de zijlijn naar verschillende sporten kijken. Dan laat ik het coachen over aan de mensen die daar verstand van hebben.” 

Supportersfoto van de Feenstra Flyers, Andries de 'hunk'.

Wat gek? Dat kan ik me bij jou niet voorstellen, dat je je dan afzijdig houdt.
“Ja, dat klopt! Eigenlijk ben ik liever de stille kracht op de achtergrond dan iemand die op de voorgrond treedt. Ik ben nooit echt een trainer geweest (al vind ik het zelf), maar ik ben graag diegene die jongens laat werken en ze stimuleert om het beste qua schaatsen eruit te halen.”

Je kwam door je vader in aanraking met ijshockey. Vertel eens?
“Die vond het een hele mooie sport. En dan valt alles bij elkaar. De club van Heerenveen werd eind jaren 60 opgestart. Met een andere dorpsgenoot, Alex Eizenga, zijn we toen als één van de eerste clubleden gestart . Alex doet voor de Capitals ontzettend veel vrijwilligerswerk en zal jullie niet onbekend zijn. Het heette eerst Thialf en daarna Feenstra Flyers.  Ik heb bij Thialf de jeugdteams doorlopen en later werd het Feenstra Flyers. Hier ben ik met 17 jaar ingestroomd in het eerste team.” 

En hoe oud was je toen?
“Vijf. Ik was vijf jaar oud. Toen ben ik dus bij Heerenveen begonnen.”

Dus je zit al vanaf je 5de op ijshockey. En hoe oud ben je nu?
“Ik ben nu 61 jaar oud, ik ben in 1963 geboren.” 

Met dezelfde passie als voorheen? 
“Ja, ik probeer wel zoveel mogelijk die kinderen te motiveren en te helpen in deze mooie sport.”
 

“Ik heb in alle jong-oranje teams gespeeld, de aanwas van talenten was groot, maar ik bleek goed genoeg.” 
 

Dus je bent begonnen in Heerenveen en toen? 
“Ik heb nog in Assen gespeeld, ook nog in Leeuwarden uiteraard. En ik heb in alle oranje teams gespeeld. Selectietrainingen waren altijd ver weg en moest ik alleen met de trein. Terug was er vaak geen verbinding met Grou en dan was een vader vaak zo attent mij thuis te brengen. Dan kon ik de volgende dag weer naar school toe. Mijn vader lag dan allang op bed, want die moest om 3 uur ’s nachts al starten in de bakkerij. In die tijd kreeg je bij de selectie van de oranjeteams 1 brief, 2 brieven en was mijn vader super zenuwachtig. De aanwas was groot, maar ik bleek goed genoeg.”
 

Hoe vond je dat dat je mee kon doen met het oranje team?
“Ja, geweldig. Bij de Oranje teams heb ik veel mooie jaren mee mogen maken. Het waren waardevolle jaren om mee te mogen draaien met de besten van het land.” 

Andries (13 jaar) onderste rij, rechts. Oranjeteam met katoenen shirts met gouden leeuw gestikt op de shirts.

“Ik ben nog gevraagd mee te gaan naar Canada, uiteindelijk ging ik niet.”
 

Hoe was je als speler?
“Ik was een redelijke all-rounder en speelde zowel als aanvaller en verdediger. In de jeugd ben ik ook goalie geweest. Ik kon makkelijk schaatsen en ik ging altijd voor de puck, dat is mijn kracht. Achteraf gezien zat ik wel wat te vaak op de strafbank, waar ik niet blij mee was. Maar dat hoorde wel bij mijn fanatieke manier van spelen. Toen ik 15/16 jaar oud was ben ik door mijn toenmalige coach Andy Talsma gevraagd of het mij wat leek om mee te gaan naar Canada.  Om daar eens een paar maanden te laten zien wat je waard was. Ik ging uiteindelijk niet.”

Andries als goalie oefenen voor de garagedeur.

Waarom niet?
“Ik was een dorpsjongen en durfde het uiteindelijk toch niet aan. Ik sprak niet goed Engels en dat was voor mij erg moeilijk.” 

Wat is je kracht?
“Mijn schaatsen, doorzettingsvermogen en vechtlust.” 

Andries in Heerenveen in actie tegen Eindhoven.

En waar ben je minder goed in?
“Ik had teveel straffen. Na de tijd baalde ik daar wel van. Stomme straffen. Na de tijd dacht ik dan, dat had ik niet moeten doen.”

Wat is je mooiste herinnering aan die tijd? Je mooiste ervaring?
“Bij de Flyers hebben we mee mogen maken dat we tegen het nationaal Russische team hebben gespeeld. Daarnaast heb ik kampioenschappen mee mogen maken met de Flyers en in die jaren deden we mee aan EuropaCup wedstrijden, wat heel bijzonder was. En ik heb het geluk gehad om met hele grote namen te mogen spelen.” 

Je bent daar natuurlijk ook begonnen. Voelt Heerenveen voor jou als de basis?
“Ja, ik heb vanaf de start van Thialf veel mooie dingen meegemaakt. Ook in de jeugd nog kampioen geworden met meerdere jeugdteams.  Daarnaast ben ik nog steeds betrokken bij de jeugdtrainingen van Heerenveen en ik maak nog steeds gebruik nog steeds mijn oud spelerskaart om de wedstrijden te kijken (als de Capitals niet hoeven te spelen).” 

Hoe ben je betrokken geraakt bij OG Capitals?
“Vanaf de start van de Capitals ben ik betrokken geweest, samen met mede oprichters Henk Jan Westra en Gerard Gielink. We zijn als stichting gestart onder de naam Noord Nederlandse IJshockey Vrienden en dit is later OG Capitals geworden. Veel jeugd kwam destijds vanuit het inline hockey, waar we ook veel mee bezig waren. Frits Doop bijvoorbeeld, die nu in de BeNe League speelt. Verscheidene spelers die vanaf het begin bij de club zijn gestart, spelen nu in het eerste team.” 

En toen?
“Na een paar jaar waren we zo ver dat we een eerste team konden opstarten. Met het toenmalige bestuur hebben we Ivan Kocanda aangesteld als trainer en coach en ik was assistent trainer. Zo hebben we de eerste twee jaar het team proberen op te bouwen. In de loop der jaren is het gelukt om het team en de club steeds verder te ontwikkelen.”

Andries in Leeuwarden met Andy Atkinson.

Je speelt nu bij een amateurteam in Leeuwarden?
“Wij spelen al jaren in een recreatieteam genaamd de Legends. Deze naam is ooit verzonnen door Henk Jan. De eerste jaren trainden we twee keer per week en we trainen nu al jaren op de  zondagochtend om 7:45 uur.” 

Jullie hebben ook een legendarische traditie?
“We sluiten vanaf de eerste training iedere training af met koffie en gebak.”  

Hoeveel mannen spelen er in team?
“Gemiddeld spelen we met 10 tot 12 man.” 

Je speelt geen competitie meer?
“Klopt. Mijn laatste wedstrijd was in 2006, namelijk de reünie wedstrijd van de Feenstra Flyers. Het was super om voor de laatste keer met allemaal oude topspelers te mogen spelen in een uitverkocht Thialf.”

Je bent een druk bezet man, want je traint ook de jeugd in Heerenveen?
“Ik train inderdaad de jeugd bij Heerenveen, ook daar in samenwerking met Ivan. Voorheen moest ik in de middag mijn uurtjes maken om te slapen, omdat ik ’s nachts in de bakkerij aan het werk was. Omdat de bakkerij verkocht is, heb ik de laatste jaren wat meer ruimte.”  

Hoe ziet jouw week tijdens het seizoen eruit?
“Op maandag ben ik in Heerenveen. Dinsdag in Leeuwarden en woensdag ben ik bij de plustraining (Academy) ook in Leeuwarden en op donderdag weer in Heerenveen. Op zondag ben ik dan ook in Leeuwarden om zelf te trainen en daarna geef ik les bij de ijshockeyschool, waar de nieuwste aanwas van ongeveer 4 tot 8 jaar oud de beginselen van de sport leert.  Verder ben ik nog bij de wedstrijden van het eerste team van OG Capitals betrokken. 
 

Ik ga 100% voor de ontwikkeling van de jeugd. Dát is de toekomst van onze club.

En waar ga je nu echt voor? Waar krijg je energie van?
"Veel spelers van het eerste team heb ik vanaf het begin mee mogen maken en ik kan er erg van genieten om te zien dat ze in ons eerste team goed mee kunnen draaien. Ik vind het nog steeds prachtig om bij het eerste team betrokken te mogen zijn. Maar zoals ik eerder al zei is het bijdragen aan de ontwikkeling van de jeugd voor mij het aller belangrijkst. De jeugd is de toekomst van de club en ik vind het mooi om de liefde voor de sport over te brengen op de jeugd."

“Als je een goede ijshockeyer bent, zegt nog niet of dat je ook een goede trainer bent.”

Waarom is de jeugd zo belangrijk?
Je moet je als club juist focussen op de jeugd. Zorgen dat ze de kans krijgen om zich te ontwikkelen. We hebben goede jeugdtrainers nodig. We hebben nu een mooie stap gezet met Tycho, die doet het echt super. In de afgelopen jaren hebben ook Waling, Jildert en Ludo heel veel bijgedragen aan het trainen van de jeugd. Persoonlijk mis ik de kennis en trainingskills van deze jongens nog steeds.  Wat dat betreft ben ik geen typische trainer, ik moet het meer hebben van mijn gedrevenheid en het voordoen van schaats- en skill oefeningen.  

Je geeft powerskate training in Leeuwarden en Heerenveen?
In Leeuwarden geef ik specifieke powerskate training en in Heerenveen als er in de training tijd voor is. Daarnaast geef ik in de zomer ook inline trainingen waar ook de schaatstechniek veel aan bod komt. 

Heb je verder nog een speciale vrijwilligerstactiek?
Toen wij de club gestart zijn nam ik iedere zaterdagmorgen gebak mee voor de kinderen en de ouders. Toen de club groter werd ben ik daarmee gestopt, maar het eerste team krijgt nog steeds suikerbrood voor de wedstrijden. 

Wat zijn je mooiste herinneringen?
"Toch wel de opstart van de club. Het was mooi om met een klein ploegje ijshockeyfananten te starten met als doel de sport in Leeuwarden en omstreken weer onder de jeugd te brengen. Daarnaast ben ik in 2015 door de club genomineerd als clubheld voor ‘AD clubhelden van de amateursport’. We zijn toen eerste van Friesland geworden. Daarna heb ik, onder begeleiding van Ingrid, samen met Tycho en Frits een presentatie mogen geven en zijn we als derde van Nederland geëindigd. Hiermee hebben we 1000 euro voor de club opgehaald. Prachtig om mee te maken.”

Prijsuitreiking waar we een mooie geldprijs wonnen in 2015. Frits Doop en Tycho Houben presenteerden. Een prachtige herinnering.
 

“Thuis ga ik niet snel op de bank liggen en niks doen.”
 

Met een druk dagprogramma tijdens het seizoen vraag ik me af; hoe ben je nu thuis op de bank?
“Ik ga thuis ook niet snel liggen en niks doen. Ik zit niet graag stil. Ook tijdens de verbouwing heb ik amper een training gemist. Ik heb ook nog een boot en een crossmotor die op mij wacht om op te knappen. Daar kijk ik naar uit om lekker mee te gaan rijden.”

Heb jij tips voor de jeugd?
“Ouders laten me wel eens filmpjes zien en vragen wat de kinderen kunnen verbeteren. Ik vraag dan hoe vaak ze per week oefenen, bijvoorbeeld met schieten. Als dit maar één of twee keer per week is dan weet ik al dat dit te weinig is. Neem Marco Postma, die stond elke dag minimaal een uur te schieten. Ga lekker naar buiten, speel met een balletje en een stick. Schiet op goal en doe spelletjes. Stickhandelen op straat, daar leer je van! Wees leergierig.

We hebben OG Capitals met elkaar van niks opgebouwd. Wat dat betreft voelt Leeuwarden als mijn club.
 

Als ik je een mes op de keel zet. Leeuwarden of Heerenveen?
“Bij beide clubs heb ik mooie dingen mogen meemaken. In Heerenveen heb ik  als speler prachtige jaren beleefd en ook nu train ik de jeugd en kom ik nog graag bij wedstrijden.  De OG Capitals hebben we met elkaar opgebouwd. Met veel plezier maar ook met bloed zweet en tranen, en dat geeft een extra bijzonder gevoel. Wat dat betreft voelt Leeuwarden wel als mijn club.” 

Andries, dank je wel voor je tomeloze energie en woorden. Jij bent ook zeker een o, zo belangrijk onderdeel van onze club. Ik weet zeker dat mensen nu even een andere kijk hebben gekregen op jou als persoon. Tot in september!